Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
tussenuitspraak van de meervoudige kamer van 11 juli 2022 in de zaken tussen
[eiser 7] en [eiser 8], uit [woonplaats 1], eisers II
Dhr. [eiser 9] en mevr. [eiseres 1], uit [woonplaats 1], eisers III
[eiser 10] en [eiser 11], uit [woonplaats 1], eisers IV
Dhr. [eiser 12] en mevr. [eiseres 2], uit [woonplaats 1], eisers V
[eiser 13] en [eiser 14], uit [woonplaats 1], eisers VI
[eiser 15], uit [woonplaats 2], eiser VII
het college van burgemeester en wethouders van Westland, verweerder
de provincie Zuid-Holland(vergunninghoudster), te Den Haag
Procesverloop
Overwegingen
- het bouwen van een bouwwerk;
- het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of van werkzaamheden in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan is bepaald;
- het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan.
Beslissing
- draagt verweerder op binnen twee weken de rechtbank mee te delen of hij gebruik maakt van de gelegenheid het gebrek te herstellen;
- stelt verweerder in de gelegenheid om binnen twaalf weken na verzending van deze tussenuitspraak het gebrek te herstellen met inachtneming van de overwegingen en aanwijzingen in deze tussenuitspraak;
- houdt iedere verdere beslissing aan.