Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaken tussen
[Naam 1] en [Naam 2], eisers
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 juli 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen twee Vietnamese eisers en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eisers hadden beroep ingesteld tegen de afwijzing van hun aanvragen voor wijziging en verlenging van hun verblijfsvergunningen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanvragen zijn afgewezen op basis van de niet-naleving van de voorwaarden die aan de verblijfsvergunningen zijn verbonden. De rechtbank heeft de argumenten van de eisers, waaronder hun economische situatie en het recht op gezinsleven onder artikel 8 van het EVRM, gewogen tegen de belangen van de Nederlandse staat. De rechtbank concludeert dat er geen objectieve belemmeringen zijn voor de eisers om hun gezinsleven in Vietnam uit te oefenen en dat de staatssecretaris voldoende gemotiveerd heeft waarom de inmenging in het gezinsleven gerechtvaardigd is. De rechtbank heeft het beroep van de eisers ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.