In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 13 oktober 2023, wordt het beroep van eiser tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn asielaanvraag beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 27 juli 2023 de aanvraag niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiser internationale bescherming geniet in Slowakije. De rechtbank behandelt het beroep en de argumenten van eiser, die stelt dat hij vreest te worden uitgezet naar Syrië en dat hij slecht is behandeld in Slowakije. De rechtbank concludeert dat eiser geen voldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn claims over slechte behandeling en dat zijn asielaanvraag terecht niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank verwijst naar relevante wetgeving, waaronder artikel 30 van de Vreemdelingenwet 2000 en artikel 8 van het EVRM, en stelt vast dat de aanwezigheid van familieleden in Nederland niet in de weg staat van de niet-ontvankelijkheid van de aanvraag. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris niet verplicht was om ambtshalve te beoordelen of eiser in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning op basis van artikel 8 van het EVRM. De uitspraak eindigt met de conclusie dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenvergoeding.