ECLI:NL:RBDHA:2023:2353
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de overdracht van asielzoekers naar Italië in het kader van de Dublinverordening met betrekking tot medische zorg en de gezondheidstoestand van een minderjarige
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 1 maart 2023, werd het beroep van eiser, de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, gegrond verklaard. Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van 27 december 2022, waarin zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel niet in behandeling werd genomen omdat Italië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvraag. De rechtbank oordeelde dat verweerder nader onderzoek had moeten verrichten naar de vraag of de overdracht van de dochter van eiser aan Italië zou leiden tot een reëel risico op een aanzienlijke en onomkeerbare achteruitgang van haar gezondheidstoestand. De rechtbank stelde vast dat de medische situatie van de dochter, die onder behandeling is voor een posttraumatische stressstoornis, niet voldoende was onderzocht door verweerder. De rechtbank oordeelde dat de belangen van het kind in dit geval zwaar wogen en dat de overdracht in strijd zou kunnen zijn met artikel 4 van het EU-Handvest. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.674,00.