Uitspraak
Een verzoek tot terugname wordt zo snel mogelijk ingediend en in ieder geval binnen twee maanden na ontvangst van de Eurodac-treffer op grond van artikel 9, lid 5, van Verordening (EU) nr. 603/2013.’Het terugnameverzoek van eiser is gebaseerd op een Eurodactreffer, waardoor verweerder dus twee maanden de tijd had om een claimverzoek te versturen. Het claimverzoek dat op 14 november 2022 is verstuurd is dus op tijd verstuurd. Dat eiser naar eigen zeggen eerder contact heeft gehad met de Nederlandse overheid is gelet hierop niet relevant. De beroepsgrond slaagt niet.
Dient de Dublinverordening, gelet op punten 3, 32 en 39 van de considerans en gelezen in samenhang met artikelen 1, 4, 18, 19 en 47 van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie, aldus te worden uitgelegd en toegepast dat het interstatelijk vertrouwensbeginsel niet deelbaar is, zodat ernstige en stelselmatige schendingen van het Unierecht die door de mogelijk verantwoordelijke lidstaat worden begaan vóór overdracht ten aanzien van derdelanders die (nog) geen Dublinterugkeerder zijn absoluut in de weg staan aan overdracht aan deze lidstaat?