Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiseres
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiseres op 27 maart 2023 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op haar asielaanvraag, die op 9 september 2022 was ingediend. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De wettelijke beslistermijn voor de asielaanvraag van eiseres eindigde op 9 maart 2023, maar de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 9 december 2023 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig is, en dat de ingebrekestelling van eiseres op 11 maart 2023 te vroeg was ingediend, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep van eiseres tegen het uitblijven van een besluit op haar aanvraag niet-ontvankelijk is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A.C.J. van Dooijeweert, rechter, in aanwezigheid van mr. N.F. Kreeftmeijer, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt en bekendgemaakt op 16 mei 2023. Eiseres heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de bekendmaking van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens is met de uitspraak.