Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 1 mei 2023 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 23 april 2022 was ingediend. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De wettelijke beslistermijn voor de asielaanvraag eindigde oorspronkelijk op 23 oktober 2022, maar werd verlengd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 23 juli 2023 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig was, en dat de ingebrekestelling van eiser op 8 april 2023 te vroeg was ingediend, aangezien de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn aanvraag kennelijk niet-ontvankelijk is. Dit betekent dat de rechtbank niet verder ingaat op de inhoud van het beroep, omdat de procedure niet correct is gevolgd. Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, aangezien het beroep niet ontvankelijk is verklaard. De uitspraak is gedaan door rechter E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van griffier N.F. Kreeftmeijer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie.