Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 28 april 2023 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 10 oktober 2022 was ingediend. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De wettelijke beslistermijn voor de asielaanvraag van eiser eindigde op 10 april 2023, maar de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 10 januari 2024 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig is, omdat er op het moment van de inwerkingtreding van de wijziging van de Vreemdelingencirculaire sprake was van een situatie die deze verlenging rechtvaardigde.
De rechtbank concludeert dat de ingebrekestelling van eiser op 14 april 2023 te vroeg is ingediend, aangezien de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Hierdoor is het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn aanvraag kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van griffier N.F. Kreeftmeijer, en is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie.