Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
- gekleineerd en/of denigrerend toegesproken door haar de woorden toe te voegen ‘je bent niets waard’, ‘je verpest onze levens’, ‘je bent de schuld van alles’, ‘je bent geen goede dochter’, ‘je bent dom’, ‘je bent niks waard’ en/of ‘je bent niet gewenst’, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
3. Inleiding
4.De ontvankelijkheid van de officier van justitie
twaalf jaren. In artikel 71 Sr is bepaald wanneer de termijn van verjaring aanvangt. De
hoofdregelis dat die termijn aanvangt op de dag na die waarop het feit is gepleegd. Daarop zijn echter uitzonderingen. De
uitzonderingdie voor deze zaak van belang is, luidt dat, als het gaat om mishandeling van minderjarige, de termijn van verjaring pas aanvangt op de dag na die waarop het
slachtoffer achttien is geworden. Deze uitzondering is in werking getreden op 1 januari 2020. [1] Daarbij is niet in overgangsrecht voorzien, zodat deze verandering van de verjaringsregeling direct van toepassing is geworden, met dien verstande dat een reeds voltooide verjaring wordt geëerbiedigd. [2]
het gevolg is ingetreden. [3] Als het gevolg is ingetreden vóór 1 januari 2008, was het feit op 1 januari 2020 dus al verjaard en is de hiervoor genoemde uitzondering daarop niet van toepassing geworden.
toebrengen van pijn en letsel, geldt dat het gevolg meteen na het beweerde handelen zal zijn ingetreden. Dat betekent dat dit deel van de tenlastelegging is verjaard voor zover het ziet op handelen van de verdachte vóór 1 januari 2008. Voor zover het gaat om handelen vanaf 1 januari 2008 is de hiervoor genoemde uitzondering van toepassing geworden en is de verjaringstermijn dus pas gaan lopen toen de slachtoffers achttien zijn geworden. Voor het slachtoffer van feit 1 primair was dat op 22 juni 2022, voor het slachtoffer van feit 2 op 3 juli 2011. Sindsdien zijn nog geen twaalf jaren verstreken, zodat de feiten in zoverre niet zijn verjaard.
benadelen van de lichamelijke en geestelijke gezondheid, is de dag waarop het gevolg is ingetreden minder eenduidig. De tenlastelegging ziet in zoverre immers op herhaald handelen van de verdachte gedurende de ten laste gelegde periode, dat uiteindelijk op enig moment benadeling van de gezondheid van de slachtoffers tot gevolg zou hebben gehad. Blijkens de toelichting van de officier van justitie en gezien de inhoud van het strafdossier, gaat het daarbij om beweerd handelen van de verdachte jegens de slachtoffers toen deze nog inwonend waren en dat zou zijn geëindigd toen zij het huis uit waren. Op welk moment de beweerde benadeling van de gezondheid precies zou zijn ingetreden is niet vast te stellen. De rechtbank acht het redelijk om de dag dat de slachtoffers uit huis zijn gegaan en het beweerde handelen van de verdachte dus werd beëindigd, aan te merken als aanvang van de verjaringstermijn van dit deel van de tenlastelegging. Voor het slachtoffer van feit 1 primair was dat op 8 december 2020, voor het slachtoffer van feit 2 in februari 2011, waarbij de rechtbank – ten gunste van de verdachte – uitgaat van 1 februari 2011. Deze data liggen na 1 januari 2008, zodat de hiervoor genoemde uitzondering daarop van toepassing is. De verjaringstermijn is voor dit deel van de tenlastelegging dus pas gaan lopen toen de slachtoffers achttien zijn geworden. Voor het slachtoffer van feit 1 primair was dat op 22 juni 2022, voor het slachtoffer van feit 2 op 3 juli 2011. Sindsdien zijn nog geen twaalf jaren verstreken, zodat de feiten in zoverre niet zijn verjaard.
5.De bewijsbeslissing
getoond,
getoond,
6.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
7.De strafbaarheid van de verdachte
8.De strafoplegging
9.De vordering van de benadeelde partij
10.De toepasselijke wetsartikelen
11.De beslissing
50 (vijftig) dagen;
[pagina 97] Op basis van informatie verkregen bij de intake is bepaald of [slachtoffer 1] voldoende kenmerken vertoont voor het vaststellen van een posttraumatische stressstoornis. Dit was het geval. Qua behandeling wordt er ingezet op het verminderen van stressklachten, waarbij in de gesprekken wordt ingestoken vanuit de cognitieve gedragstherapie. Daarnaast gaat zij binnenkort starten met EMDR. (…) [slachtoffer 1] is door Eleos gediagnosticeerd met PTSS en ervaart op dit moment forse lichamelijke klachten hierdoor. Zij is hierdoor niet in staat te werken en zich te richten op haar opleiding.
no-nonsense, niet lullen maar poetsen.