ECLI:NL:RBDHA:2024:10221
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring en verzoek om schadevergoeding in het bestuursrecht
Op 2 juli 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de maatregel van bewaring van eiser, die eerder was opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank beperkte haar beoordeling tot de vraag of eiser recht heeft op schadevergoeding, nu de bewaring was opgeheven. De rechtbank oordeelde dat de maatregel van bewaring tot het moment van het onderzoek in een eerdere zaak rechtmatig was en dat de toetsing zich richtte op de periode na 28 mei 2024. Eiser had eerder beroep ingesteld tegen het voortduren van de maatregel van bewaring en verzocht om schadevergoeding. De staatssecretaris had op 15 februari 2024 de maatregel opgelegd, die vier keer eerder was getoetst door de rechtbank. De rechtbank concludeerde dat de maatregel gegrond was op een geldig terugkeerbesluit en dat er geen gronden waren om te twijfelen aan de rechtmatigheid van de maatregel. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De uitspraak werd gedaan door rechter G.W.B. Heijmans, in aanwezigheid van griffier K.H.M.M. Otten, en werd openbaar gemaakt op dezelfde dag.