ECLI:NL:RBDHA:2024:16075
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op aanvraag om verlening van machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis
Op 2 oktober 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarbij eiser beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis. Eiser had zijn aanvraag op 28 oktober 2023 ingediend, en verweerder, de minister van Asiel en Migratie, had tot 26 april 2024 de tijd om te beslissen. Aangezien er geen besluit was genomen, heeft eiser verweerder op 4 juni 2024 in gebreke gesteld en op 26 juni 2024 beroep ingesteld. De rechtbank oordeelde dat het beroep kennelijk gegrond was, omdat de beslistermijn was verstreken zonder dat er een besluit was genomen.
De rechtbank heeft het verzoek van eiser om vrijstelling van het griffierecht toegewezen en vastgesteld dat verweerder een dwangsom van € 100 per dag moet betalen voor elke dag dat hij de termijn overschrijdt, met een maximum van € 7.500. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat verweerder binnen acht weken na de uitspraak een besluit moet nemen op de aanvraag van eiser. Indien verweerder besluit tot nader onderzoek, moet het besluit binnen twintig weken na de uitspraak bekend worden gemaakt. De rechtbank heeft verweerder bovendien veroordeeld tot betaling van de verbeurde bestuurlijke dwangsommen ter hoogte van € 1.442 en de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de behandeling van het beroep niet kan worden aangehouden op basis van de nieuwe interne werkwijze van de IND, omdat verweerder niet heeft aangetoond dat er sprake is van overmacht. De rechtbank heeft de bestaande beslispraktijk gevolgd en een langere beslistermijn opgelegd, gezien de bijzondere omstandigheden van de aanvraag om gezinshereniging bij een houder van een asielvergunning. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden ingezien op de website van de Rechtspraak.