ECLI:NL:RBDHA:2024:21867
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit inzake machtiging tot voorlopig verblijf voor gezinshereniging
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de minister van Asiel en Migratie op haar aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis voor haar en haar twee minderjarige kinderen. De rechtbank heeft op 19 december 2024 uitspraak gedaan zonder zitting, omdat de verweerder geen verweerschrift heeft ingediend. Eiseres had verzocht om vrijstelling van het griffierecht wegens betalingsonmacht, wat door de rechtbank voorlopig is toegewezen. De rechtbank oordeelt dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld kan worden met een besluit, en dat eiseres tijdig beroep heeft ingesteld na de ingebrekestelling van de verweerder. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn van de verweerder is overschreden en legt een termijn van twee weken op voor het nemen van een besluit. Tevens is er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000. De rechtbank heeft de verweerder ook veroordeeld tot betaling van de verbeurde bestuurlijke dwangsommen en de proceskosten van eiseres. De uitspraak is openbaar gemaakt en eiseres is geïnformeerd over de mogelijkheid om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.