ECLI:NL:RBDHA:2024:3121
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure inzake asielaanvraag en termijnoverschrijding door staatssecretaris
In deze zaak heeft eiser op 3 december 2021 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 26 september 2023 een ingebrekestelling ontvangen van eiser wegens het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. Eiser heeft op 12 oktober 2023 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank overweegt dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit, en dat eiser recht heeft op een beslissing binnen een bepaalde termijn.
De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn van 21 maanden is overschreden, en dat de staatssecretaris binnen acht weken na de uitspraak een besluit moet nemen. De rechtbank legt een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 7.500,-. Daarnaast veroordeelt de rechtbank de staatssecretaris in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50. De uitspraak is gedaan door mr. J.L. Boxum, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.