ECLI:NL:RBDHA:2024:819
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen maatregel van bewaring op grond van de Vreemdelingenwet
Op 29 augustus 2023 heeft de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aan eiser, een Marokkaanse nationaliteit hebbende, de maatregel van bewaring opgelegd op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij ook om schadevergoeding heeft verzocht. De rechtbank heeft het beroep op 19 januari 2024 behandeld, waarbij eiser via telehoren aanwezig was vanuit het detentiecentrum in Rotterdam, terwijl de gemachtigde en de tolk in Groningen aanwezig waren. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft overwogen dat de maatregel van bewaring rechtmatig is, aangezien er zicht op uitzetting bestaat. Eiser heeft aangevoerd dat er geen zicht op uitzetting is en dat hij lijdt onder diverse medische klachten. De staatssecretaris heeft echter aangegeven dat er voldoende voortvarend wordt gehandeld en dat er recent vertrekgesprekken met eiser zijn gevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris actief werkt aan de uitzetting en dat er geen reden is om aan te nemen dat de maatregel van bewaring onrechtmatig is.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.