In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over een beroep dat eiser heeft ingediend tegen de minister van Asiel en Migratie. Eiser stelde dat de minister niet tijdig had beslist op zijn asielaanvraag, ingediend op 20 augustus 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is verstreken en dat de minister niet heeft gereageerd op het verzoek van eiser om alsnog binnen twee weken te beslissen. Hierdoor is het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond verklaard. De rechtbank heeft de minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag, met inachtneming van het '8+8 wekenmodel'. Indien de minister deze termijn overschrijdt, is hij een dwangsom van € 100,- per dag verschuldigd, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet de minister de proceskosten van eiser vergoeden, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan door mr. A. Sibma, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.