AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvragen
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 24 juli 2025, zijn de beroepen van eisers behandeld die zich richtten tegen het niet tijdig beslissen door de minister van Asiel en Migratie op hun asielaanvragen van 1 juli 2023. De rechtbank heeft geoordeeld dat de minister de aanvragen buiten behandeling heeft gesteld met een besluit van 17 september 2023, maar dat dit besluit niet definitief is. De rechtbank heeft vastgesteld dat Nederland verantwoordelijk is geworden voor de behandeling van de aanvragen na uitstel van overdracht op 6 maart 2024. De beslistermijn is verstreken en eisers hebben de minister verzocht om alsnog binnen twee weken te beslissen, wat niet is gebeurd. De rechtbank heeft de beroepen ontvankelijk en kennelijk gegrond verklaard, en de minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak een besluit te nemen. Tevens is er een dwangsom opgelegd van € 100,- per dag bij overschrijding van de termijn, met een maximum van € 15.000,-. De proceskosten van eisers zijn vastgesteld op € 453,50.
Voetnoten
1.Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
4.Artikel 42, zesde lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw).
5.Artikel 42 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw).
6.Artikel 6:12, tweede lid aanhef en onder a, van de Awb.
7.Artikel 6:12, tweede lid aanhef en onder b, van de Awb.
8.Artikel 8:72, vierde lid, aanhef en onder b, van de Awb.
10.Artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn.
12.Artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
13.Artikel 3 van het Besluit proceskosten bestuursrecht.
14.Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door de gemachtigde verleende rechtsbijstand, waarbij 1 punt is gerekend voor het indienen van het beroepsschrift met een waarde per punt van € 907,- en een wegingsfactor van 0,5.