8.2.Deze verklaring van eiseres is naar het oordeel van de rechtbank in lijn met de informatie uit het ambtsbericht van september 2023.Daaruit volgt dat, indien iemand is betrokken bij een rechtszaak en diegene geen Sana-account heeft, een papieren notificatie aan de deur wordt afgegeven. Hierin zou dan staan dat de geadresseerde verplicht is om zich te registreren via het Sana-systeem voor de vervolgstappen. Verder staat in het ambtsbericht dat advocaten in Iran vanuit Nederland kunnen worden gemachtigd via de Iraanse ambassade in Nederland of via het Sana-systeem. Eiseres verwijst ook naar het eerdere Algemeen ambtsbericht Iran van mei 2022.Daarin staat onder meer dat een Iraniër die buiten Iran verblijft vanuit het buitenland in theorie een nieuw gebruikersaccount kan aanmaken in het Sana-systeem, maar dat dit in de praktijk haast onmogelijk is. Het is niet mogelijk om iemand te machtigen om een registratie als gebruiker van het Sana-systeem aan te vragen indien de gebruiker zelf niet in staat is deze in persoon aan te vragen in Iran. De rechtbank is daarom van oordeel dat verweerder niet deugdelijk heeft gemotiveerd waarom er geen gewicht toekomt aan de stelling van eiseres dat zij geen toegang tot het Sana-systeem heeft of heeft kunnen krijgen en geen documenten uit het Sana-systeem heeft kunnen tonen die zien op haar huwelijk en buitenechtelijke relatie. De beroepsgrond slaagt in zoverre en verweerder dient met inachtneming hiervan andermaal te beoordelen of eiseres al dan niet voldoet aan de voorwaarde van artikel 31, zesde lid, aanhef en onder b, van de Vw.
Voldoet eiseres aan de voorwaarde van artikel 31, zesde lid, aanhef en onder c, van de Vw?
9. Eiseres voert aan dat verweerder haar verklaringen ten onrechte geen samenhangend en aannemelijk geheel vindt. Eiseres zag geen gevaar in het laten gebruiken van haar tablet door haar stiefzoon, nu haar stiefzoon niet kon lezen en haar man het wachtwoord van de tablet niet wist. Daarnaast bewaarde zij enkel een klein gedeelte van haar berichten met [naam 2] . Dit is volgens haar niet bevreemdend. Het is ook niet bevreemdend dat [naam 1] eiseres op de dag van haar vlucht is gaan zoeken bij haar familie thuis, en dacht haar daar aan te treffen. [naam 1] was wel degelijk controlerend, maar dit uitte zich niet altijd in het volgen van eiseres. Hij wilde laten merken wie de baas was, en deed dat bijvoorbeeld door te bepalen wat eiseres moest dragen en wanneer zij het huis mocht verlaten. Deze verklaringen zijn wel samenhangend en aannemelijk, en moeten dus geloofwaardig worden geacht.
10. De rechtbank overweegt dat verweerder een aantal aspecten van de verklaringen van eiseres bevreemdend heeft mogen vinden. Dit geldt voor de omstandigheid dat eiseres de berichten tussen haar en [naam 2] niet beter verborgen heeft gehouden, vooral de stiefzoon van eiseres toegang had tot de tablet waarop die berichten stonden en de tablet zich in het huis van eiseres en haar man bevond. Ook heeft eiseres wisselend verklaard over de omstandigheden op de dag waarop haar man en familie achter haar overspel zijn gekomen.Verweerder heeft ook kunnen vinden dat de verklaring van eiseres dat haar man controlerend en erg religieus is niet te rijmen is met haar verklaring dat zij zonder problemen of achterdocht te wekken [naam 2] kon ontmoeten door een smoesje te verzinnen. De rechtbank onderschrijft dat aldus niet aan de voorwaarde van artikel 31, zesde lid, aanhef en onder c, van de Vw is voldaan. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder de asielaanvraag kunnen afwijzen als kennelijk ongegrond?
11. Eiseres voert aan dat het voor de toepassing van artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vw vereist is dat er sprake is van misleiding over de identiteit, nationaliteit of herkomst door het achterhouden van informatie of documenten. Volgens paragraaf C2/7.3 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc) betekent misleiding dat de vreemdeling probeert in een gunstigere positie te komen door bewust informatie te verstrekken die aantoonbaar onjuist is. Daar is in haar geval geen sprake van nu verweerder het enkel ongeloofwaardig acht dat zij haar identiteitspapieren niet bij zich had toen zij vluchtte. Daarnaast zijn haar identiteit, nationaliteit en herkomst geloofwaardig geacht.
12. De rechtbank begrijpt dat verweerder artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vw niet zozeer heeft toegepast omdat eiseres over haar identiteit of nationaliteit valse informatie of documenten heeft verstrekt maar omdat zij geen documenten heeft overgelegd over haar huwelijk, haar buitenechtelijke relatie en de aanklacht tegen haar, terwijl ze dat volgens verweerder wel had kunnen doen. De rechtbank verwijst hier naar haar overwegingen hiervoor onder 8 tot en met 8.2. Daar is geconcludeerd dat verweerder aan eiseres mag tegenwerpen dat zij geen enkele concrete onderbouwing heeft gegeven voor haar buitenechtelijke relatie, voor haar huwelijk of voor de aanklacht maar ook dat hij de mogelijkheid tot het verkrijgen van bewijsstukken opnieuw moet beoordelen. Dit kan gevolgen hebben voor de toepasselijkheid van artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vw. Ook hiernaar zal verweerder bij het nemen van een nieuw besluit dus moeten kijken.
Heef verweerder op de juiste manier de asielmotieven van eiseres doorgetoetst?
13. Eiseres voert aan dat verweerder niet heeft doorgetoetst in het besluit. Ook als niet wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 31, zesde lid, van de Vw, dient verweerder de feiten en omstandigheden van het asielrelaas door te toetsen. Dat volgt uit het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 29 juni 2023.
14. De rechtbank overweegt dat in het voornemen van 23 april 2025 en het besluit van 30 april 2025 is aangegeven wat de relevante asielmotieven zijn en welke asielmotieven worden ‘doorgetoetst’, namelijk de asielmotieven die geloofwaardig zijn geacht. Verweerder heeft gemotiveerd waarom hij niet alle asielmotieven geloofwaardig acht. Vervolgens heeft hij van de geloofwaardig geachte asielmotieven beoordeeld of die een gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico op schade opleveren. Dit stemt overeen met verweerders werkinstructieen is naar het oordeel van de rechtbank niet in strijd met het genoemde arrest. Deze beroepsgrond slaagt niet.
15. Het beroep is gegrond. Dat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag niet in stand kan blijven. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van 30 april 2025. Verweerder moet een nieuw besluit nemen met inachtneming van deze uitspraak. De rechtbank geeft verweerder daarvoor een termijn van acht weken.
15. Eiseres krijgt een vergoeding van haar proceskosten. Verweerder moet deze vergoeding betalen. Deze vergoeding bedraagt € 1.814,- omdat de gemachtigde van eiseres een beroepschrift heeft ingediend en aan de zitting heeft deelgenomen. Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden.