Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres 1], eiseres 1,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 3 september 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarbij eisers, bestaande uit meerdere personen, beroep hebben ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de minister van Asiel en Migratie. De aanvragen om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) waren ingediend door de referent op 30 juli 2024. De minister had op grond van de Vreemdelingenwet 2000 binnen 90 dagen moeten beslissen, maar heeft dit niet gedaan. De rechtbank oordeelde dat het beroep gegrond was, omdat de beslistermijn was overschreden en verweerder in gebreke was gesteld op 11 februari 2025. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder binnen acht weken na de uitspraak een besluit moet nemen, met een dwangsom van € 100 per dag voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, tot een maximum van € 15.000. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 453,50 en moet het griffierecht van € 194 worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en bevat belangrijke overwegingen over de toepassing van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Vreemdelingenwet 2000.