Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 oktober 2025 in de zaak tussen
[eiser], v-nummer: [nummer], eiser
de minister van Asiel en Migratie,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
mr.N. Habibi, griffier.
Rechtbank Den Haag
Op 2 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende een overdrachtsbesluit van de minister van Asiel en Migratie. Eiser, een vreemdeling, was op 29 juli 2024 staande gehouden en in bewaring gesteld. De minister heeft op 7 augustus 2025 besloten om eiser over te dragen aan de autoriteiten van Oostenrijk op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, stellende dat hij niet op de hoogte was gesteld van een voornemen tot overdracht, waardoor hij niet adequaat kon reageren. Tijdens de zitting op 27 augustus 2025 heeft de gemachtigde van eiser toegelicht dat eiser inmiddels was overgedragen aan Oostenrijk en dat hij liever naar Frankrijk had willen gaan.
De rechtbank heeft overwogen dat de minister niet verplicht was om een schriftelijk voornemen tot overdracht uit te brengen, aangezien er geen asielaanvraag in behandeling was. Eiser was tijdens zijn gehoor in bewaring op de hoogte gesteld van de voorgenomen overdracht en had de mogelijkheid om zijn zienswijze te geven. De rechtbank concludeert dat de minister overeenkomstig het verdedigingsbeginsel heeft gehandeld en dat de beroepsgrond van eiser niet slaagt. Het beroep is ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.