AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag met dwangsom en proceskostenvergoeding
Op 9 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarbij eiser beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de uiterste termijn van 21 maanden, zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn, is overschreden. Hierdoor heeft de rechtbank verweerder opgedragen om binnen twee weken na verzending van de uitspraak een besluit te nemen op de asielaanvraag. Tevens is er een rechterlijke dwangsom van € 100 per dag opgelegd, met een maximum van € 15.000, voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden. De rechtbank heeft ook proceskosten aan eiser toegewezen, tot een bedrag van € 453,50, voor het indienen van het beroepschrift. De uitspraak is gedaan zonder zitting en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. De rechtbank heeft in haar overwegingen verwezen naar de wettelijke vereisten voor het indienen van een beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit en de relevante artikelen van de Vreemdelingenwet 2000 en de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verlenging van de beslistermijn door verweerder onvoldoende gemotiveerd was, waardoor de rechtsgrond voor deze verlenging ontbreekt. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige besluitvorming in asielzaken en de mogelijkheid van het opleggen van dwangsommen bij overschrijding van termijnen.
Voetnoten
1.Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
2.Op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
3.Op grond van artikel 6:2, aanhef en onder b, in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Awb.
4.Artikel 6:12, tweede lid, van de Awb.
5.Besluit van 26 januari 2023, nummer WBV 2023/3, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in Staatscourant 2023 nr. 3235.
6.Op grond van artikel 42, vierde lid, aanhef en onder b, van de Vw.
9.Artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb.
10.Artikel 8:55d, eerste en derde lid, van de Awb.
11.Op grond van artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
12.Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht.