In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 14 oktober 2025, gaat het om een beroep dat is ingediend door eiser tegen de minister van Asiel en Migratie. Eiser had op 28 november 2023 een asielaanvraag ingediend, maar de minister had niet tijdig beslist. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is verstreken en dat eiser de minister had verzocht om alsnog binnen twee weken te beslissen, wat niet is gebeurd. Hierdoor heeft eiser beroep ingesteld. De rechtbank oordeelt dat het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond is. De minister wordt opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet de minister de proceskosten van eiser vergoeden, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan zonder zitting en openbaar gemaakt via rechtspraak.nl.