AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Asielaanvraag en beslistermijn in bestuursrechtelijke procedure
Op 6 november 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaken NL25.29436 en NL25.29439, waarbij eisers, een gezin dat gezamenlijk asiel heeft aangevraagd, beroep hebben ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op hun asielaanvraag. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van bijzondere omstandigheden, waaronder achterstanden in de behandeling van asielaanvragen. De rechtbank heeft een nadere beslistermijn vastgesteld tot uiterlijk 14 december 2025, waarbij zowel het belang van de verweerder om zorgvuldig te beslissen als het belang van de eisers om snel duidelijkheid te krijgen, in overweging zijn genomen. De rechtbank heeft bepaald dat de verweerder een dwangsom van € 100 per dag verbeurt voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000. Daarnaast zijn de proceskosten van eisers vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan zonder zitting en is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie.
Voetnoten
1.Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
2.Op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
3.Op grond van artikel 6:2, aanhef en onder b, in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Awb.
4.Artikel 6:12, tweede lid, van de Awb.
5.Besluit van 26 januari 2023, nummer WBV 2023/3, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in Staatscourant 2023 nr. 3235.
6.Op grond van artikel 42, vierde lid, aanhef en onder b, van de Vw.
9.Artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb.
10.Artikel 8:55d, eerste en derde lid, van de Awb.
11.Op grond van artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
12.Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht.