ECLI:NL:RBDHA:2025:21134
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de voortduring van de maatregel van bewaring in het vreemdelingenrecht
Op 10 november 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voortduring van een maatregel van bewaring opgelegd aan eiser door de minister van Asiel en Migratie. De maatregel was eerder opgelegd op 27 juni 2025 op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser had eerder beroep ingesteld tegen deze maatregel, waarbij hij ook om schadevergoeding vroeg. De rechtbank had eerder al uitspraken gedaan op 11 juli 2025 en 9 september 2025, waarin de rechtmatigheid van de maatregel werd getoetst. In de huidige procedure heeft de rechtbank beoordeeld of de minister voldoende voortvarend werkt aan de uitzetting van eiser, die al meer dan vier maanden in bewaring zit. Eiser voerde aan dat de minister te traag handelt, maar de rechtbank oordeelde dat de minister voldoende voortvarend is geweest. De rechtbank concludeerde dat er geen gronden zijn om de maatregel van bewaring op te heffen en verklaarde het beroep ongegrond. Eiser heeft geen recht op schadevergoeding en de minister hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. M.J.M. Verhoeven, rechter, in aanwezigheid van mr. N. ter Horst, griffier.