AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beroep tegen niet tijdig beslissen op een asielaanvraag
Op 19 november 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarin eiser, vertegenwoordigd door mr. Z.M. Alaca, beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. De rechtbank heeft vastgesteld dat er 21 maanden zijn verstreken zonder een besluit van de minister van Asiel en Migratie. De rechtbank heeft geoordeeld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep gegrond is. Eiser heeft de rechtbank verzocht om een bestuurlijke dwangsom vast te stellen, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat er geen bestuurlijke dwangsom is verbeurd. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen twee weken na verzending van de uitspraak een besluit te nemen over de asielaanvraag. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, verbeurt hij een dwangsom van € 100 per dag, met een maximum van € 15.000. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 453,50. De uitspraak is gedaan zonder zitting en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie.
Voetnoten
1.Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
2.Op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
3.Op grond van artikel 6:2, aanhef en onder b, in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Awb.
4.Artikel 6:12, tweede lid, van de Awb.
5.Besluit van 26 januari 2023, nummer WBV 2023/3, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in Staatscourant 2023 nr. 3235.
6.Op grond van artikel 42, vierde lid, aanhef en onder b, van de Vw.
9.Artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb.
10.Artikel 8:55d, eerste en derde lid, van de Awb.
11.Op grond van artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
12.Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht.