AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 3 december 2025, is het beroep van eiser tegen de minister van Asiel en Migratie behandeld. Eiser had een asielaanvraag ingediend op 29 december 2023, maar de minister had niet tijdig beslist. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is verstreken en dat de minister in beginsel binnen zes maanden een beslissing had moeten nemen, conform het wijzigingsbesluit WBV 2023/3. De rechtbank heeft besloten dat het beroep ontvankelijk en gegrond is. De minister is opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag van eiser. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is de minister veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun mogelijkheden om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Voetnoten
1.Artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
2.Besluit van 26 januari 2023, nummer WBV 2023/3, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000, Stcrt. 2023, 3235.
3.ECLI:EU:C:2025:326, alsmede de conclusie van de advocaat-generaal: ECLI:EU:C:2024:1028.
4.Artikel 42 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw).
5.Artikel 6:12, tweede lid aanhef en onder a, van de Awb.
6.Artikel 6:12, tweede lid aanhef en onder b, van de Awb.
7.Artikel 8:72, vierde lid, aanhef en onder b, van de Awb.
9.Artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn.
11.Artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
12.Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door de gemachtigde verleende rechtsbijstand, waarbij 1 punt is gerekend voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 907,- en een wegingsfactor van 0,5.