Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres], eiseres
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 25 februari 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen eiseres en de minister van Asiel en Migratie. Eiseres had beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op haar aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister niet tijdig heeft beslist, ondanks dat de aanvraag op 20 maart 2024 was ingediend en de beslistermijn op 18 september 2024 verstreken was. Eiseres heeft de minister op 20 november en 5 december 2024 in gebreke gesteld, waarna het beroep op 24 december 2024 is ingesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep kennelijk gegrond is, omdat de minister in gebreke is gebleven.
De rechtbank heeft eiseres vrijstelling van het griffierecht toegewezen, omdat zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling. De rechtbank heeft de minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak een besluit op de aanvraag bekend te maken. Indien de minister besluit tot nader onderzoek, moet het besluit binnen twintig weken na de uitspraak bekend worden gemaakt. Tevens is bepaald dat de minister een dwangsom van € 100 per dag verbeurt voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000.
Daarnaast heeft de rechtbank de minister veroordeeld in de proceskosten van eiseres, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is openbaar gemaakt en eiseres is geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens is met de uitspraak.