ECLI:NL:RBDHA:2025:4446
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op aanvraag om verlening van machtiging tot voorlopig verblijf
Op 19 maart 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de minister van Asiel en Migratie. Eiseres had beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op haar aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister niet tijdig heeft beslist, ondanks dat eiseres op 6 mei 2024 een aanvraag had ingediend. De minister had uiterlijk op 4 november 2024 een besluit moeten nemen, maar dit is niet gebeurd. Eiseres heeft de minister op 25 november 2024 rechtsgeldig in gebreke gesteld en het beroep is op 13 januari 2025 ingesteld, wat tijdig was. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en de minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak een besluit bekend te maken. Tevens is er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000. Eiseres heeft recht op verbeurde bestuurlijke dwangsommen van € 1.442 en de proceskosten zijn vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is openbaar gemaakt en eiseres is geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen de uitspraak.