Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 11 april 2025 in de zaak tussen
[eiser], V-nummer: [V-nummer], eiser
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
(slechts)een vermoeden heeft van de relatie. Voorts heeft verweerder mogen tegenwerpen dat onvoldoende is aangetoond hoe er op afstand invulling aan de relatie wordt gegeven. Er zijn geen whatsappberichten overgelegd, terwijl dit tijdens de hoorzitting wel was afgesproken [5] . Wat betreft de overgelegde belhistorie heeft verweerder mogen constateren dat deze belhistorie slechts een korte periode van de gestelde duur van de relatie beslaat, namelijk over de maanden september 2023 tot en met mei 2024. Bovendien is tijdens de hoorzitting afgesproken bewijs van contact over de afgelopen drie jaar toe te sturen, maar heeft referent dat niet gedaan. Ten aanzien van de (structurele) financiële ondersteuning heeft verweerder kunnen concluderen dat de overgelegde stortingsbewijzen niet aantonen dat sprake is van een duurzame en exclusieve relatie tussen eiser en referent. Tot slot heeft verweerder het opmerkelijk mogen vinden dat bij een aanvraag visum kort verblijf in 2017 referent heeft aangegeven dat eiser zijn pleegzoon is, terwijl op dat moment al sprake zou zijn van een liefdesrelatie.