Overwegingen
1. Eiser stelt te zijn geboren op [datum] 2007 en de Afghaanse nationaliteit te hebben.
2. Eiser heeft op 4 september 2023 een asielaanvraag in Nederland ingediend en hij heeft daaraan het volgende ten grondslag gelegd. Eisers vader was beroepsmilitair. Na de machtsovername door de Taliban is zijn vader gevlucht. Op een dag werd het ouderlijk huis van eiser doorzocht door de Taliban. Eiser was op dat moment niet thuis. De Taliban vroeg aan eisers moeder waar eiser en zijn vader waren. Eisers moeder is vervolgens door de Taliban meegenomen. Zij werd gedetineerd en aan haar werden vragen gesteld over haar werkzaamheden bij het parlement en over de functie en werkzaamheden van eisers vader. Eisers moeder is uiteindelijk na 10 dagen vrijgelaten. Eiser is daarna ondergedoken en gevlucht uit Afghanistan. Nadat eiser was gevlucht uit Afghanistan, is zijn vader door de Taliban opgepakt en meegenomen. Ook werd het ouderlijk huis nogmaals doorzocht door de Taliban, waarbij zij naar eiser hebben gevraagd. Bij terugkeer naar Afghanistan vreest eiser te worden gedood of gevangengenomen door de Taliban.
3. Verweerder heeft eisers asielaanvraag bij het bestreden besluit afgewezen als ongegrond. Verweerder vindt de identiteit, nationaliteit en herkomst van eiser deels geloofwaardig. De door eiser overgelegde Tazkera is door Bureau Documenten beoordeeld. In de verklaring van onderzoek van Bureau Documenten staat dat de Tazkera met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijk niet echt is en met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet bevoegd is opgemaakt en afgegeven.
De invallen door de Taliban vanwege het werk van eisers vader en moeder, vindt verweerder geloofwaardig. Verweerder overweegt echter dat de geloofwaardig geachte asielmotieven niet tot de conclusie leiden dat eiser vluchteling is als bedoeld in het Vluchtelingenverdrag. Ook leidt terugkeer naar Afghanistan niet tot een reëel risico op ernstige schade. Eiser heeft namelijk niet aannemelijk gemaakt dat juist hij in de negatieve belangstelling staat van de Taliban.
Tot slot heeft verweerder tegen eiser een terugkeerbesluit uitgevaardigd. Er is voor eiser adequate opvang aanwezig in Afghanistan, nu zijn moeder nog steeds in het ouderlijk huis woont en hij contact met haar heeft.
4. Eiser is het niet eens met het bestreden besluit en stelt daartoe als volgt. Verweerder heeft onvoldoende rekening gehouden met eisers referentiekader. Hij was tijdens het nader gehoor mentaal niet in balans. Volgens Nidos kan eiser zijn gedachten niet goed structureren. Hij is door Nidos aangemeld voor jeugdhulp. Ook was er tijdens het nader gehoor geen adequate tolk aanwezig, omdat gebruik werd gemaakt van een Dari tolk uit Iran. Dit heeft voor verwarring gezorgd. Over de Tazkera beroept eiser zich onder verwijzing naar een bericht van de Afghaanse ambassade in Nederland op bewijsnood. In het kader van eisers gestelde identiteit, heeft verweerder daarnaast ten onrechte geen rekening gehouden met het door eiser overgelegde schoolcertificaat. Verder heeft verweerder onvoldoende rekening gehouden met de landeninformatie waaruit volgt dat eiser als gevolg van zijn verwestering en de werkzaamheden van zijn ouders een reëel risico op ernstige schade loopt bij terugkeer naar Afghanistan. Ten slotte had verweerder nader onderzoek moeten doen of adequate opvang aanwezig is voor eiser in Afghanistan, gelet op de positie van vrouwen in Afghanistan.
De rechtbank oordeelt als volgt.
5. Eiser wordt niet gevolgd in zijn stelling dat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn referentiekader. In het advies van MediFirst van 24 augustus 2024 staat dat eiser kan worden gehoord. Wel heeft eiser bij MediFirst gesteld vermoeidheidsklachten te ervaren omdat hij weinig slaapt. Aan de gehoormedewerker is daarom het advies gegeven om een pauze in te lassen wanneer eiser meedeelt dat hij vermoeidheidsklachten heeft of wanneer de gehoormedewerker het zelf signaleert. Uit het rapport van het nader gehoor van 18 november 2024 blijkt dat voldoende aandacht is besteed aan het advies van MediFirst. In het begin van het gehoor heeft de gehoormedewerker aan eiser meegedeeld dat als eiser behoefte heeft aan pauzes, hij dit kan melden. Vastgesteld wordt dat tijdens het gehoor pauzes zijn genomen en regelmatig aan eiser is gevraagd hoe het gaat. Aan het einde van het gehoor heeft eiser verklaard dat hij het heel erg eens is met de samenvatting van de gehoormedewerker. Ook heeft de medewerker van Nidos verklaard geen opmerkingen te hebben en dat eiser het goed heeft verteld. Daarnaast heeft verweerder terecht opgemerkt dat uit eisers verklaringen niet is gebleken dat hij mentaal niet in balans was. Eiser heeft slechts in algemene zin verwezen naar het rapport van nader gehoor, maar hij heeft geen concrete verklaringen aangehaald waaruit is af te leiden dat hij mentaal niet in balans was. De enkele niet onderbouwde stelling dat hij door Nidos is aangemeld voor jeugdhulp, geeft ook geen aanleiding tot een andere conclusie. Voor zover eiser stelt dat verweerder een nieuw gehoor met hem had moeten houden, heeft hij niet geconcretiseerd over welke feiten en omstandigheden hij nader zou willen verklaren in een nieuw gehoor en waarom hij dit niet eerder in de procedure naar voren heeft kunnen brengen. De beroepsgrond faalt.
6. Ook eisers beroepsgrond over de gestelde problemen met de tolk tijdens het nader gehoor slaagt niet. Verweerder merkt hierover terecht op dat eiser in zijn gehoor meerdere keren heeft verklaard dat hij de tolk verstaat en begrijpt. In dit verband heeft eiser ook niet kunnen duiden op welke specifieke onderdelen hij onvoldoende heeft kunnen verklaren als gevolg van de gestelde problemen met de tolk. Daarbij komt dat eiser met de correcties en aanvullingen, de zienswijze en de beroepsgronden de kans heeft gehad om de gestelde problemen nader te concretiseren, maar dit heeft hij niet gedaan.
7. Verder heeft verweerder de gestelde identiteit van eiser niet ten onrechte ongeloofwaardig gevonden. Verweerder heeft zich daarbij mogen baseren op het onderzoeksresultaat van Bureau Documenten. Een verklaring van onderzoek van Bureau Documenten is namelijk een deskundigenbericht.Eiser heeft geen contra-expertise laten uitvoeren. Evenmin heeft hij concrete aanknopingspunten voor twijfel aan het onderzoek aangevoerd. Eiser wordt niet gevolgd in zijn stelling dat hij in bewijsnood verkeert, nu niet is gebleken dat hij al het mogelijke heeft gedaan om in het bezit te komen van de gevraagde documenten om zijn identiteit te onderbouwen.Het overleggen van een bericht van de Afghaanse ambassade in Nederland is in dat verband onvoldoende. Niet is gebleken dat eiser andere deskundigen heeft benaderd om zijn Tazkera te laten onderzoeken of dat hij pogingen heeft gedaan om andere documenten te verkrijgen ter onderbouwing van zijn gestelde identiteit. Over het schoolcertificaat stelt verweerder in het bestreden besluit terecht dat dit geen officieel document is waarmee eiser zijn identiteit kan aantonen.
8. Over eisers vrees voor problemen vanwege zijn verwestering heeft verweerder terecht overwogen dat deze enkele omstandigheid geen aanleiding geeft voor de conclusie dat sprake is van een reëel risico op ernstige schade. De Afdeling heeft in haar uitspraak van 20 november 2024 geoordeeld dat uit informatie uit openbare bronnen niet volgt dat vreemdelingen die in een westers land hebben verbleven, alleen al om die reden een reëel risico op ernstige schade lopen als zij vrijwillig terugkeren naar Afghanistan.
Daarnaast heeft verweerder terecht overwogen dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij in de negatieve belangstelling van de Taliban staat als gevolg van de werkzaamheden van zijn ouders. De door eiser overgelegde landeninformatie geeft geen eenduidig beeld of familieleden van voormalig overheidsambtenaren ook een doelwit zijn van de Taliban. Eiser heeft daarbij niet kunnen verklaren waarom de Taliban specifiek naar hem op zoek zou zijn, terwijl zijn vader inmiddels is opgepakt en eisers tweelingbroer met rust wordt gelaten door de Taliban. De door verweerder gehanteerde tegenwerpingen in het bestreden besluit zijn niet (gemotiveerd) betwist door eiser. De informatie die eiser in beroep heeft overgelegd over de controleposten, maakt niet dat verweerder niet heeft kunnen tegenwerpen dat het opmerkelijk is dat eiser een controlepost heeft kunnen passeren, daarbij zijn paspoort heeft laten zien en vervolgens probleemloos heeft kunnen uitreizen, terwijl hij stelt dat hij door de Taliban wordt gezocht.
9. Verweerder heeft terecht geconcludeerd dat sprake is van adequate opvang voor eiser in Afghanistan. Uit eisers verklaringen volgt namelijk dat zijn moeder nog altijd in het ouderlijk huis woont en dat hij contact heeft met zijn moeder. Hoewel de situatie van vrouwen in Afghanistan zorgwekkend is, is niet gebleken van omstandigheden die maken dat het op voorhand onmogelijk moet worden geacht dat eiser kan rekenen op zorg van zijn moeder. In dat verband is het niet onbelangrijk dat eiser inmiddels 17 jaar oud is en in dat opzicht minder afhankelijk is van de zorg van zijn moeder dan bijvoorbeeld een minderjarige die 7 jaar oud is.
10. Verweerder heeft de aanvraag terecht afgewezen als ongegrond. Het beroep is ongegrond.
11. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten.