In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie omdat deze niet tijdig heeft beslist op haar asielaanvraag van 20 juni 2023. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld. De minister was verplicht om binnen zes maanden na ontvangst van de aanvraag te beslissen, maar heeft deze termijn met negen maanden overschreden. Eiseres heeft de minister verzocht om binnen twee weken alsnog te beslissen, maar dit is niet gebeurd, waarna zij beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond is. De minister moet nu alsnog een besluit nemen op de aanvraag, waarbij rekening gehouden moet worden met het '8+8 wekenmodel'. De rechtbank heeft bepaald dat, gezien de overschrijding van de beslistermijn van 21 maanden, de minister binnen acht weken na bekendmaking van de uitspraak een besluit moet nemen. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 7.500,-. Daarnaast is de minister veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiseres, vastgesteld op € 453,50.