Op 7 mei 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarbij eiser, vertegenwoordigd door mr. H. Postma, beroep heeft ingesteld tegen de Minister van Asiel en Migratie. Eiser had op 21 november 2023 een asielaanvraag ingediend, maar de minister had niet tijdig beslist. De rechtbank oordeelde dat de minister de wettelijke beslistermijn van zes maanden had overschreden, en dat eiser recht had op een beslissing. De rechtbank verklaarde het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond. De minister werd opgedragen om binnen zestien weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet zij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 7.500,-. Daarnaast werd de minister veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, rechter, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.