Op 21 mei 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de samenhangende zaken NL25.14545 en NL25.14546, waarbij eisers, vertegenwoordigd door mr. M.A. Vegter, beroep hebben ingesteld tegen de Minister van Asiel en Migratie. De rechtbank oordeelt dat de minister niet tijdig heeft beslist op de asielaanvragen van de eisers, die op 31 mei 2023 zijn ingediend. De wettelijke beslistermijn van zes maanden is verstreken, en de minister heeft niet gereageerd op het verzoek van eisers om binnen twee weken alsnog te beslissen. Hierdoor zijn de beroepen ontvankelijk en kennelijk gegrond verklaard.
De rechtbank legt de minister op om binnen acht weken na de bekendmaking van de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvragen. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 7.500,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat de minister de proceskosten van eisers, die gezamenlijk zijn vastgesteld op € 453,50, moet vergoeden. De uitspraak is gedaan zonder zitting en openbaar gemaakt via rechtspraak.nl.