Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , V-nummer: [v-nummer] , eiser
de minister van Asiel en Migratie, verweerder
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
5 december 2024 heeft eiser in Nederland asiel aangevraagd. Verweerder heeft de asielaanvraag van eiser niet in behandeling genomen, omdat hij eerder in Spanje asiel heeft aangevraagd. Spanje is daarom volgens verweerder verantwoordelijk voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser. [1]
13 april 2025 is geregistreerd als met onbekende bestemming vertrokken (MOB). De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) heeft in de uitspraak van
1 juli 2024 [4] overwogen dat de bestuursrechter voorzichtig moet omgaan met het niet-ontvankelijk verklaren van een beroep op basis van een MOB-melding. Er mag vanuit gegaan worden dat een vreemdeling belang heeft bij zijn beroep als uit recente informatie van zijn gemachtigde van na de MOB-melding blijkt dat deze nog contact onderhoudt met de vreemdeling over de procedure. De rechtbank heeft op 15 april 2025 aan de gemachtigde van eiser verzocht om aan te geven of de gemachtigde nog contact onderhoudt met eiser. De gemachtigde heeft op 15 april 2025 laten weten dat hij dezelfde dag nog telefonisch contact heeft gehad met eiser en dat hij nog steeds procesbelang heeft. Verweerder heeft op zitting bevestigd dat eiser procesbelang heeft. Gelet op deze rechtspraak, het bericht van de gemachtigde van eiser en de verklaring van verweerder gaat de rechtbank ervan uit dat eiser nog procesbelang heeft bij de beoordeling van zijn beroep.