Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser,
de Minister van Asiel en Migratie,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
1 februari 2020 tot en met 21 april 2020 zijn moeder en halfzusje met de dood bedreigd. Ook heeft hij gedreigd om hun huis in brand te steken. Op 8 april 2020 heeft eiser een raam en een bloempot van zijn moeder kapot gemaakt. Zijn moeder en halfzusje verklaarden dat eiser geld wilde hebben en zich agressief gedroeg. Op 18 april 2020 heeft eiser een woningoverval gepleegd. De slachtoffers heeft eiser in hun woning een aantal keren tegen het hoofd geslagen waarna hij de handtas heeft gestolen. Op 19 april 2020 heeft eiser zich wederom schuldig gemaakt aan een geweldsmisdrijf. Eiser is naar een huis gegaan en heeft het slachtoffer in het gezicht gespoten met pepperspray. Met het vonnis van 6 oktober 2020 heeft de meervoudige kamer van de rechtbank Assen eiser veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden. Daarvan waren drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De proeftijd is op 21 oktober 2020 ingegaan met daarbij als algemene voorwaarde dat eiser voor het einde van de proeftijd geen strafbare feiten zal plegen. Aan het voorwaardelijke deel van de straf heeft de rechtbank diverse voorwaarden verbonden, waaronder dat hij zich gedurende de proeftijd zal onthouden van drugs en alcohol. [10]
26 september 2022 [13] tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 54 maanden met aftrek van de tijd die eiser in voorarrest heeft doorgebracht. De rechtbank heeft in het vonnis meegewogen dat eiser eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten en dat hij onderhavig feit heeft gepleegd in de proeftijd van eerdere veroordelingen, terwijl hij net 17 dagen op vrije voeten was. Het door eiser ingesteld hoger beroep tegen dit vonnis heeft op 8 december 2023 tot een vrijspraak geleid van de poging tot doodslag en zware mishandeling bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. [14] Het Gerechtshof heeft aangegeven dat wat er exact in de woning is gebeurd, niet met enige mate van zekerheid is vast te stellen omdat de verklaringen van eiser en slachtoffer uiteenlopen. Eiser heeft weliswaar bekend dat hij het slachtoffer met zijn vuisten heeft geslagen, maar er is hem geen (eenvoudige) mishandeling ten laste gelegd. Op 2 oktober 2024 heeft de meervoudige raadkamer van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden eiser een vergoeding ten laste van de Staat toegekend voor schade die hij ten gevolge van de ondergane detentie in de strafzaak heeft geleden ten bedrage van 43.720,- euro. [15]
settled migrantis en dat de minister verschillende feiten en omstandigheden niet deugdelijk heeft gemotiveerd, namelijk hoe zwaar het feit weegt dat eiser sinds 9-jarig leeftijd in Nederland woont. Hij woont hier dus ruim 30 jaar. Dit dient in zijn voordeel mee te wegen. In dat verband doet eiser een beroep op rechtspraak van het EHRM [23] waaruit is af te leiden dat langdurig rechtmatig verblijf van een
settled migrantin een gastland waardoor met dat land ontegenzeggenlijk (zeer) sterke banden bestaan, veel gewicht ten voordele voor eiser in de schaal legt en wel zodanig dat er sprake moet zijn van zwaarwegende redenen om beëindiging van het verblijf te rechtvaardigen. Bij het bepalen van de hechtheid van de banden met Somalië is onvoldoende meegewogen dat eiser op zeer jonge leeftijd naar Nederland is gekomen en hier praktisch zijn hele leven woont en nooit voor langere duur is teruggegaan naar Somalië. Ook is onvoldoende kenbaar meegewogen dat de familieleden van eiser allemaal in Nederland wonen en zelfs de Nederlandse nationaliteit hebben en daardoor ook zeer sterke banden met Nederland hebben en weinig tot geen banden met Somalië hebben. Er zijn daarom geen zwaarwegende redenen aanwezig om de uitzetting van eiser te rechtvaardigen.