3.1.[eiser] vordert na wijziging van eis dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
primair
I. voor recht verklaart dat de erfdienstbaarheid inhoudende een recht van (uit)weg, zoals gevestigd bij notariële akte van 8 december 1885, thans nog bestaat ten dienste van het perceel [perceelnummer 1] als heersend erf en ten laste van de percelen [perceelnummer 3] en [perceelnummer 2] als dienende erven om te voet en per gemotoriseerd vervoer via deze percelen te komen van en te gaan naar de openbare weg de [straat 1] ,
subsidiair
II. voor recht verklaart dat er ten dienste van perceel [perceelnummer 1] als heersend erf en ten laste van de percelen [perceelnummer 3] en [perceelnummer 2] als dienende erven door verjaring een erfdienstbaarheid van (uit)weg is ontstaan om te komen van en te gaan naar de openbare weg de [straat 1] , althans een zodanige beslissing die de rechtbank juist acht,
III. [gedaagde] veroordeelt om medewerking te verlenen aan de notariële vastlegging van de onder II genoemde erfdienstbaarheid binnen vier weken na een daartoe strekkend verzoek van de door [eiser] aangezochte notaris, op straffe van een dwangsom,
meer subsidiair
IV. voor recht verklaart dat er ten dienste van perceel [perceelnummer 1] , als heersend erf en ten laste van perceel [perceelnummer 3] als dienend erf door verjaring een erfdienstbaarheid van (uit)weg is ontstaan om te komen van en te gaan naar de openbare weg de [straat 1] , althans een zodanige beslissing die de rechtbank juist acht,
V. [gedaagde] veroordeelt om medewerking te verlenen aan de notariële vastlegging van de onder IV genoemde erfdienstbaarheid binnen vier weken na een daartoe strekkend verzoek van de door [eiser] aangezochte notaris, op straffe van een dwangsom,
voor alle vorderingen
VI. [gedaagde] veroordeelt om [eiser] en al de zijnen die [eiser] tot zijn perceel wenst toe te laten, onbeperkt en onvoorwaardelijk de vrije toegang te geven over de weg gelegen op de percelen [perceelnummer 3] en [perceelnummer 2] om te komen van en te gaan naar de openbare weg de [straat 1] en de weg op geen enkele wijze te blokkeren op een wijze die [eiser] en de zijnen zouden beperken in het gebruik van de weg, op straffe van een dwangsom,
VII. [gedaagde] veroordeelt om binnen vier weken na betekening van dit vonnis
het toegangshek dat aanwezig is op perceel [perceelnummer 3] primair, te verwijderen en subsidiair te verbreden zodat de vrije doorgang minimaal drie meter zal zijn;
het hekwerk dat aanwezig is op perceel [perceelnummer 2] , als zichtbaar op de foto in rechtsoverweging 2.15., primair te verwijderen en subsidiair te verplaatsen zodat de vrije doorgang aldaar minimaal vier meter zal zijn,
een en ander op straffe van een dwangsom,
VIII. [gedaagde] veroordeelt om binnen vier weken na betekening van dit vonnis de camera’s die door [gedaagde] zijn geplaatst, voor zover deze de weg gedeeltelijk filmen of kunnen filmen, te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom,
IX. [gedaagde] veroordeelt om binnen vier weken na betekening van dit vonnis de notenboom, die aanwezig is op het perceel van [gedaagde] , nabij de erfgrens met het perceel van [eiser] , en de bramenstruiken die op het perceel van [gedaagde] aanwezig zijn, terug te snoeien, zodanig dat deze beplantingen niet langer op en boven het perceel van [eiser] zullen (over)groeien en dat steeds te doen wanneer dat nodig is, op straffe van een dwangsom,
X. [gedaagde] veroordeelt om binnen vier weken na betekening van dit vonnis de klimop die van het perceel van [gedaagde] tegen de gevel van de woning van [eiser] groeit te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom,
XI. [gedaagde] veroordeelt tot betaling van de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.