Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede, het college
[derde-partij]uit [woonplaats] , vergunninghouder.
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
activiteiten die in ruimtelijk opzicht ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie op een bouwperceel en de hoofdfunctie als zodanig herkenbaar blijft.’ [5]
‘Handelen in strijd met RO. Het in gebruik nemen van een opslagruimte en beperkte werkruimte t.b.v. een klusbedrijf.’Op de pagina ‘Handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening’ heeft vergunninghouder vermeld: ‘
In ruimte E op de milieutekening staan een tweetal houtbewerkingsmachines tbv het klusbedrijf van een thuiswonende zoon.In het besluit van 14 december 2020 heeft het college in bijlage 1, onder 2, het volgende vergunningvoorschrift opgenomen:
‘’Deze toestemming voor een kleinschalig klusbedrijf geldt alleen voor de vergunninghouder en eventuele andere hoofdbewoners van de bedrijfswoning aan de [locatie] in [woonplaats] .’’In de beslissing op bezwaar heeft het college dit voorschrift niet herroepen en besloten om het besluit van 14 december 2020 in stand te laten.