Uitspraak
[eiseres 3] ,uit [plaats 2] (hierna: eisers 1)
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Geluid
- De stalventilatie in werking is, waarbij de dieren in stal 1 en 3 groot zijn en de dieren in stal 2 klein;
- Er houtpellets worden gebracht;
- De voermachine en de bijbehorende vijzels in gebruikt zijn gedurende 2 uur;
- De afvoer van vee plaatsvindt bij stal 4 en stal 5;
- De mestverwerkingsinstallatie in werking is, inclusief het gebruik van de wiellade, de aanvoer van drijfmest en houtpellets en de afvoer van dikke fractie;
- De wiellader op het erf gebruikt wordt;
- Er 2 rijbewegingen zijn van de tractor van/naar elders in de dagperiode;
- Er rijbewegingen zijn van 3 personenauto’s/bestelwagens in de dagperiode en 1 personenauto/bestelwagen in de avond- en nachtperiode.”
Geur
- ten onrechte is aangegeven dat het product van de nitrificatie- en denitrificatiestappen geen enkele geuremissie oplevert. Eisers verwijzen naar een rapport van Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), waar geuremissiefactoren zijn opgenomen.
- de geuremissies van de nitrificatietank en de denitrificatietank zijn afgeleid uit een eenmalige meting in het meetrapport. Deze metingen zijn niet representatief voor de nieuwe situatie omdat het proces wordt aangepast. In de oude situatie was sprake van voorbewerking van de meststoffen. Naar verwachting waren in de oude situatie dus reeds geurcomponenten uit de mest geëmitteerd voordat deze in de tanks werd ingevoerd. In de nieuwe situatie zal de geuremissie dus hoger zijn. De gehanteerde meettechniek is daarnaast zeer bewerkelijk omdat het gaat om grote open bronnen. Er is waarschijnlijk sprake van een onderschatting omdat de meetapparatuur op enige afstand boven de bronnen is geplaatst waardoor verdunning plaats kan vinden. Ook daarom is niet duidelijk waarom deze metingen als representatief moeten worden beschouwd.
- in de geurmetingen is niet concreet weergegeven wat de meetonzekerheid is, waardoor niet kan worden vastgesteld of is voldaan aan de nauwkeurigheidsvereisten van de NTA 9065-1:2023. Wel wordt gesteld dat de meetonnauwkeurigheid in het voordeel van de ondernemer worden toegepast, terwijl volgens de NTA 9065-1:2023 juist voorgeschreven is dat onzekerheden in de vergunningverlening worden uitgelegd in het voordeel van het milieu en de omgeving. Ook in het geuronderzoek is niet aangegeven hoe is omgegaan met onzekerheden.
- de omschrijving van het type luchtwasser met het daarbij horende geurverwijderingsrendement ontbreekt.
- in het geuronderzoek wordt verwezen naar een meting aan een luchtwasser met een debiet van 44.000 m³/uur. Blijkens het dimensioneringsplan is hier een luchtwasser met een debiet van 15.000 m³/uur beoogd. Het gaat dus om een wezenlijk andere luchtwasser waardoor de meting niet representatief kan zijn.
- in het geuronderzoek ervan wordt uitgegaan dat van de 44.000 m³/uur afgezogen lucht slechts 1.420 m³/uur via de nitrificatietank naar de buitenlucht wordt geëmitteerd. Dat is echter niet mogelijk. Alle lucht wordt naar buiten geëmitteerd. Als afgezogen lucht niet via een kanaal naar buiten wordt geëmitteerd, ontstaat overdruk en wordt het via kieren geëmitteerd. De volledige 44.000 m³/uur zal dus worden geëmitteerd. Dat komt neer op 11,9 MouE/uur in plaats van 0,4 MouE/uur zoals in het geuronderzoek wordt verondersteld.
- blijkens de milieutoelichting van januari 2023 spuiwater uit de luchtwasser wordt gerecirculeerd. Dit spuiwater bevat relatief veel geurcomponenten omdat die nu juist zijn afgevangen. Door dit water opnieuw te drogen, komen geurcomponenten opnieuw vrij. Net als bij de recirculatie van lucht is dit effect op de ingaande concentraties niet verdisconteerd.
- het toetspunt voor de woning niet ligt op de gevel van de woning maar ongeveer een meter in een kamer.
- hun woning moet worden geschaard onder gebiedscategorie A en niet onder categorie B;
- ten onrechte de hedonische waarde “minder hinderlijk” en niet “zeer hinderlijk” is gehanteerd;
- in de omgevingsvergunning ten onrechte staat dat de geurbelasting bij geen enkele woning toeneemt. In het geuronderzoek staat namelijk dat bij een aantal geurgevoelige objecten, waaronder ook woningen, sprake is van een toename van de geurbelasting in het 99,9 percentiel;
- de geurbelasting van 16 odour units boven de streef-, richt- en grenswaarde is gelegen en in strijd is met artikel 4 van het Geurbeleid.
Luchtkwaliteit (fijnstof)
BBT
In rechtsoverweging 57 is aangeven wat de gevolgen hiervan zijn.
Milieueffectrapport
- er worden 30 vleeskalveren minder gehouden;
- een voerstation met vijzels voor vast voeder wordt in gebruik genomen;
- het mestverwerkingsproces is gewijzigd:
- de mest wordt met een zeefbandpers na de biologische mestverwerking gescheiden;
- de proceslucht van de hygiënisatie/drooginstallatie wordt na ontvochtiging meer gerecirculeerd en het restant van de proceslucht is gekoppeld aan de blower van de biologische verwerking;
- het condensvocht uit de ontvochtiger wordt geloosd op riolering;
- er wordt een extra in-/uitrit en erfverharding aangelegd naar de mestverwerkingsinstallatie.
- er geen sprake is van een afname van geluid maar van een toename. Er wordt in de motivering niet ingegaan op de belasting op woning van eisers, maar enkel op twee woningen die verder weg gelegen zijn. De motivering over geluid steunt verder op de redenering dat geluid wegvalt tegen de 50 dB(A) contour van een bedrijventerrein, terwijl een hogere piekbelasting dan 50 dB(A) mogelijk wordt gemaakt en op het bedrijventerrein geen sprake is van hoge belasting in de nacht. In de MER-aanmeldnotitie wordt slechts aangegeven dat aan de normen wordt voldaan maar uit het geluidrapport volgt volgens eisers het tegenovergestelde.
- cumulatie van geurbelasting ten onrechte niet is onderzocht. Ook staat in de MER-aanmeldnotitie dat bij de veehouderij een luchtwasser wordt geplaatst maar dit is onjuist. Het weglaten van de luchtwasser een wijziging is ten opzichte van het plan ten tijde van de MER-beoordeling, welke niet is beoordeeld in de omgevingsvergunning. Verder verwijzen eisers naar de beroepsgronden die zij met betrekking tot het geuronderzoek hebben aangevoerd.
- ten onrechte niet is ingegaan op eerdere beoordelingen die zijn verricht met betrekking tot de agrarische bedrijven aan de [locatie 2] en [locatie 4] .
- ten onrechte geen rekening is gehouden met de ligging in de nabijheid van de bebouwde kom van [plaats 1] .
- geen aandacht is gegeven aan mogelijkheden om de milieueffecten doeltreffend te verminderen.
- de kenmerken van het project niet goed in kaart zijn gebracht. Volgens eisers klopt de massabalans niet omdat er aanzienlijk meer mest inkomt dan eruit gaat.