Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 22 december 2023 in de zaken tussen
[verzoeker 1] ,
de burgemeester van de gemeente Eijsden-Margraten (de burgemeester),
.
Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen: [naam derde-partij] .
Inleiding
15 november 2023 aanhangig hebben gemaakt. Met deze besluiten heeft de burgemeester aan verzoekers een last onder bestuursdwang opgelegd in de vorm van sluiting van de panden aan de [adressen] te [plaats] , gemeente Eijsden-Margraten, voor de duur van zes maanden, met ingang van 29 november 2023 tot en met 28 mei 2024.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
- een zwarte koffer met gebruikersattributen: lepels voorzien van restanten wit poeder, mesjes voorzien van restanten wit poeder, diverse plastic zakjes inhoudende restanten van wit poeder, een spiegel voorzien van restanten wit poeder alsmede een zakje amfetamine met een nettogewicht van 8,65 gram; en
- Een nabootsing van een echt vuurwapen.
- een nabootsing van een echt vuurwapen;
- een zakje amfetamine met een nettogewicht van 84,92 gram. Dit zakje bevond zich in een ruimte die aangeduid werd als kamer 7;
- een brok amfetamine met een nettogewicht van 2,82 gram. Deze bevond zich in een ruimte die aangeduid werd als kamer 7;
- drie hagelpatronen. Deze bevonden zich in een ruimte die aangeduid werd als kamer 9; en
- een zakje hasj met een brutogewicht van 41 gram, in een ruimte aangeduid als kamer 8.
gebruikersattributenzijn aangetroffen en geen
handelsattributen,zoals sealbags, grammenweegschaaltjes of contant geld. De foto’s behorende bij de sluitingsrapportage geven bovendien blijk van een ongeorganiseerde en verwaarloosde situatie die op voorhand geen aanknopingspunten biedt voor het aannemen van handel in verdovende middelen. Er zijn verder geen klachten uit de omgeving en geen meldingen bij de politie inzake overlast of ‘loop’ naar de woning. Er is niet gebleken van antecenten of recidive. De voorzieningenrechter begrijpt dat de burgemeester weliswaar de plicht heeft om kwetsbare groepen in de omgeving te beschermen tegen de eventuele gevolgen die gepaard kunnen gaan met drugsoverlast, maar deze plicht biedt op zichzelf onvoldoende grondslag voor de sluiting als er geen sprake is van handel in verdovende middelen in of vanuit de woning. Dat er in dit geval sprake is van feitelijke handel en dat er sprake is van een noodzaak om tot sluiting van de panden voor de duur van zes maanden over te gaan, is door de burgemeester onvoldoende gemotiveerd.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- wijst de verzoeken om voorlopige voorziening toe;
- schorst de primaire besluiten tot zes weken na bekendmaking van de beslissingen op bezwaar;
- bepaalt dat de burgemeester het griffierecht van € 368,- (2 x € 184,-) aan verzoekers moet vergoeden;
- veroordeelt de burgemeester in de door verzoekers gemaakte proceskosten tot een bedrag van € 1.674,-.