Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
30 mei 2024van de rechtbank Limburg op het verzoek van de officier van justitie om een zorgmachtiging zoals bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz),
1.Procesverloop
- het uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 29 maart 2024;
- het zorgplan d.d. 5 april 2024;
- de zorgkaart d.d. 5 april 2024;
- de medische verklaring, opgesteld en ondertekend door psychiater [naam psychiater] , d.d. 18 april 2024;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur d.d. 19 april 2024;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz.
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat mr. H.C. Ingelse;
- de heer [naam verpleegkundig specialist] , verpleegkundig specialist.
2.Beoordeling
- het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis,
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- het onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- het opnemen in een accommodatie.
3.Beslissing
[betrokkene] ,
- het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis,
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- het onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- het opnemen in een accommodatie;