Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties
- de akte overlegging nadere producties en wijziging van eis in conventie
- de antwoordakte van [gedaagde] met nadere producties
- de akte van het Waterschap.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
- Te verklaren voor recht dat het Waterschap door kosteloos waterkerende schotten met een hoogte van minimaal 70 centimeter permanente afdekroosters en vochtwerende producten ter beschikking te stellen alsmede door aan te bieden om kosteloos profielen en permanente afdekroosters te bevestigen heeft voldaan aan de op hem rustende zorgplicht, zoals onder meer uiteengezet in HR 9 oktober 1981, ECLI:NL:HR:1981:AG4240 (Bargerbeek) en in dit geval ingekleurd door de inundatienorm uit de Omgevingsverordening door voldoende inspanning te verrichten die van het Waterschap had mogen worden verwacht om het koetshuis aan [adres] te [plaatsnaam] , kadastraal bekend [kadastrale gegevens] , in overeenstemming te brengen met de geldende overstromingsnorm van 1:100 jaar,
- Te verklaren voor recht dat het Waterschap sowieso niet aansprakelijk is voor de schade aan het koetshuis aan [adres] te [plaatsnaam] , kadastraal bekend [kadastrale gegevens] , voor zover die ontstaat door wateroverlast door overstromingen die zouden zijn voorkomen door het plaatsen van waterkerende schotten met een hoogte van minimaal 70 centimeter permanente afdekroosters en vochtwerende producten.
- [gedaagde] te gebieden om uiterlijk twee maanden na het vonnis medewerking te verlenen aan de bevestiging van de benodigde profielen en permanente afdekroosters aan het koetshuis aan [adres] te [plaatsnaam] , kadastraal bekend [kadastrale gegevens] , waar in ieder geval onder is begrepen het verlenen van de ongehinderde toegang tot het perceel en het koetshuis ten behoeve van deze werkzaamheden en de deurschotten met een hoogte van minimaal 70 centimeter, permanente afdekroosters en vochtwerende producten in ontvangst te nemen
- [gedaagde] te veroordelen om aan het Waterschap te voldoen een direct opeisbare dwangsom van € 7.500,00, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, voor iedere dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde] nalaat om te voldoen aan het hiervoor gevorderde,
- [gedaagde] te veroordelen in de kosten van het geding, onder bepaling dat [gedaagde] de wettelijke rente ex art. 6:119 BW over deze kosten verschuldigd zal zijn wanneer hij deze kosten niet binnen twee weken na betekening van dit vonnis zal hebben voldaan,
- [gedaagde] te veroordelen in de nakosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, na betekening te vermeerderen met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van dit vonnis, onder de bepaling dat [gedaagde] de wettelijke rente ex art. 6:119 BW over deze kosten verschuldigd zal zijn wanneer hij deze kosten niet binnen twee weken na betekening van dit vonnis zal hebben voldaan.
4.De beoordeling
Daarbij is van belang dat:
- de norm voor deze bebouwing alleen geldt voor water dat zich op straatniveau of hoger bevindt en over de begane grondvloer naar binnen stroomt. De norm geldt dus niet voor lager gelegen bebouwing, souterrains, kelders etc. Ook als het water vanaf een andere zijde dan de straatzijde het pand binnenstroomt wordt het straatniveau aangehouden. De norm geldt niet als deze bebouwing lager ligt dan het straatniveau aan de straatzijde;
- we aannemen dat water pas over de begane grond naar binnen stroomt als het over de drempel(s) kan stromen. Drempel definiëren we als onderdorpel van een deurkozijn.
De door Acquastop verstrekte informatie [7] dat waterkerende schotten bij het koetshuis geen oplossing bieden, rechtvaardigt evenmin de conclusie dat waterkerende schotten niet werken. Volgens Acquastop komt het water namelijk niet binnen waar waterkerende schotten zijn geplaatst, maar op andere plaatsen zoals via de fundering, onder raam- en deurdorpels en door de gevel. Dat heeft echter met de bouwkundige staat van het gebouw te maken en niet met de werking van het waterkerende schot.
5.De beslissing
3 september 2025.