Desgevraagd heeft verweerder ter zitting verklaard dat de aannames in de berekening van de rekenprijzen per m2 van de hoofdgebouwen van de vergelijkingsobjecten en de woning, met name de correcties voor tussentijdse waardeontwikkeling, de rekenprijs per m2 voor de grond, de rekenprijzen per m2 voor de afzonderlijk benoemde gebouwde delen (berging, garage en kantoor) en de toekenning aan de woning en de vergelijkingsobjecten van kwalificaties voor uitstraling/type, bouwkundige kwaliteit, staat van onderhoud en voorzieningen zijn gebaseerd op de objectkenmerken en de marktgegevens die de gemeente voortdurend verzamelt, registreert in (digitale) bestanden en met daarvoor ontwikkelde software analyseert (de permanente marktanalyse).
Dit heeft verweerder als volgt toegelicht.
De correcties voor tussentijdse waardeontwikkeling zijn bepaald overeenkomstig de – aan de permanente marktanalyse ontleende – Trend 2019 en de Trend 2018, vermeld in het Taxatieoverzicht onder 3.3, ‘Aanvullende informatie van verweerder’.
De rekenprijs per m2 van de grond van € 714,- is ontleend aan een grondstaffel die is gebaseerd op grondtransactieprijzen en gronduitgifteprijzen. Van die grondstaffel is alleen de rekenprijs per m2 voor kavels met een oppervlakte tot 1.000 m2 in het Taxatieoverzicht opgenomen, omdat de kavels van de woning en de vergelijkingsobjecten allen kleiner zijn dan 1.000 m2. Voor grotere kavels gelden andere, lagere rekenprijzen per m2.
De rekenprijzen per m2 van de garages zijn gebaseerd op de door de gemeente verzamelde gegevens van verkochte losse garageboxen.
Voor de rekenprijs per m2 van het kantoor van de woning zijn de door de gemeente verzamelde gegevens van verkochte losse garageboxen als uitgangspunt genomen. Daarop is een correctie toegepast omdat de benuttingswaarde van een kantoor hoger is dan die van een garage.
De aan de woning en de vergelijkingsobjecten toegekende kwalificaties voor uitstraling/type, bouwkundige kwaliteit, staat van onderhoud en voorzieningen hebben bij de herleiding van de waarde van de woning uit de verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten alleen een rol gespeeld als de aan een vergelijkingsobject op een bepaald punt toegekende kwalificatie afwijkt van de voor hetzelfde punt aan de woning toegekende kwalificatie. Dat doet zich voor bij de kwalificaties voor staat van onderhoud en voorzieningen die zijn toegekend aan de vergelijkingsobjecten [adres 9] en [adres 10] . Voor de vergelijkingsobjecten [adres 9] en [adres 10] zijn de kwalificaties voor staat van onderhoud respectievelijk ‘matig/voldoende’ en ‘matig’ en voor voorzieningen ‘eenvoudig’. Voor de woning en de beide andere vergelijkingsobjecten zijn de kwalificaties voor staat van onderhoud en voorzieningen respectievelijk ‘voldoende’ en ‘normaal’. Het Taxatieoverzicht bevat geen informatie over de omvang van de correcties waartoe de zo-even genoemde verschillen in de kwalificaties voor staat van onderhoud en voorzieningen bij de herleiding van de rekenprijs per m2 van het hoofdgebouw van de woning uit verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten [adres 9] en [adres 10] hebben geleid, maar verweerder neemt aan dat deze correcties relatief gering zijn. Het verschil tussen de rekenprijs per m2 van het hoofdgebouw van de woning en de rekenprijzen per m2 van de hoofdgebouwen van de vergelijkingsobjecten is zijns inziens meer dan voldoende om het ontbreken van deze correcties goed te maken.
De beschrijvingen in het Taxatieoverzicht van de ligging van de woning en de vergelijksobjecten zijn weliswaar niet gelijk, maar de verschillen zijn per saldo niet zodanig dat zij een verschillende kwalificatie voor de ligging van de woning en de vergelijkingsobjecten rechtvaardigen. De kwalificaties voor ligging hebben daarom geen rol gespeeld bij de herleiding van de waarde van de woning uit de verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten.