ECLI:NL:RBMNE:2022:4703
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag dubbele kinderbijslag op basis van CIZ-advies
In deze zaak heeft eiseres op 13 juli 2021 een aanvraag ingediend voor dubbele kinderbijslag voor haar thuiswonende zoon, die intensieve zorg nodig heeft. De aanvraag werd door de Sociale Verzekeringsbank afgewezen op 11 november 2021, waarna eiseres bezwaar maakte. Het bezwaar werd op 8 maart 2022 ongegrond verklaard, wat leidde tot het beroep bij de rechtbank. De rechtbank heeft de zaak op 28 september 2022 behandeld, waarbij zowel eiseres als de gemachtigden van eiseres en verweerder aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat de afwijzing van de aanvraag door verweerder terecht was. Verweerder baseerde zich op het advies van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), dat op 3 februari 2022 concludeerde dat er geen sprake was van intensieve zorg, omdat de zoon van eiseres slechts twee punten scoorde op de beoordelingscriteria. Eiseres betwistte deze beoordeling en stelde dat haar zoon ook punten zou moeten scoren op andere onderdelen, maar de rechtbank oordeelde dat de door eiseres aangevoerde informatie niet voldoende was om de conclusie van het CIZ te weerleggen.
De rechtbank benadrukte dat het CIZ-advies als een vaste gedragslijn kan worden beschouwd en dat het aan eiseres was om met concrete feiten aan te tonen dat er sprake was van intensieve zorg. Aangezien eiseres niet in staat was om dit te doen, werd het beroep ongegrond verklaard. Eiseres kreeg geen griffierecht terug en er werd geen vergoeding van proceskosten toegekend. De uitspraak werd gedaan door mr. E.E.M. van Abbe en is openbaar uitgesproken op 12 oktober 2022.