In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 23 december 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijdemeren. De eiser, eigenaar van een boot in de jachthaven, had een last onder dwangsom opgelegd gekregen omdat hij permanent op de boot verbleef, wat in strijd was met het bestemmingsplan. Het college handhaafde de last onder dwangsom na bezwaar van de eiser, maar schrapte de last voor de recreatiewoning. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat het college terecht handhavend optrad. De rechtbank overwoog dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het college noopten om van handhaving af te zien. De rechtbank concludeerde dat de last voldoende duidelijk was en dat de eiser niet in het duister hoefde te tasten over wat er van hem verwacht werd. De eiser kreeg geen vergoeding van proceskosten en het griffierecht werd niet teruggegeven. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.