ECLI:NL:RBMNE:2023:4403
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van besluit tot opleggen onderzoek rijgeschiktheid en schorsing rijbewijs
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 10 augustus 2023 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening en een beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om herziening van een eerder besluit van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Eiser had een onderzoek naar zijn rijgeschiktheid opgelegd gekregen en zijn rijbewijs was geschorst omdat hij volgens het CBR onder invloed van cannabis had gereden. Eiser verzocht om herziening van het besluit van 22 februari 2022, maar het CBR had dit verzoek afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een herziening van het besluit rechtvaardigden. Eiser had geen bewijs geleverd dat de informatie van de politie, waarop het CBR zijn besluit had gebaseerd, onjuist was. De voorzieningenrechter concludeerde dat het CBR terecht had besloten het eerdere besluit niet te herzien en verklaarde het beroep ongegrond. Tevens werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat de mogelijkheid om een voorlopige voorziening in te dienen niet bedoeld is voor situaties waarin het besluit al is ongeldig verklaard. De voorzieningenrechter wees erop dat het CBR niet verplicht was om eiser te horen in de bezwaarfase, aangezien de gemachtigde van eiser had aangegeven dat er geen behoefte was aan een hoorzitting. De uitspraak werd in het openbaar gedaan en partijen werden gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.