Op 9 februari 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak over een omgevingsvergunning voor een dakopbouw en dakterras. Eiseres, die naast de vergunninghouder woont, had bezwaar gemaakt tegen de verleende vergunning, omdat deze volgens haar in strijd was met het bestemmingsplan en negatieve gevolgen had voor haar woonsituatie, met name door de schaduw op haar zonnepanelen. De vergunninghouder had op 26 oktober 2020 een aanvraag ingediend voor de omgevingsvergunning, die op 5 februari 2021 door het college van burgemeester en wethouders van Utrecht werd verleend. Eiseres heeft haar bezwaren toegelicht tijdens een hoorzitting op 23 september 2021, maar het college bleef bij zijn besluit. De rechtbank heeft het beroep op 6 oktober 2022 behandeld, waarbij zowel eiseres als de gemachtigden van het college en de vergunninghouder aanwezig waren.
De rechtbank oordeelde dat het college bij de beslissing om de omgevingsvergunning te verlenen beleidsruimte toekwam en dat de rechtbank niet zelf de afweging van belangen kon maken. Eiseres had verschillende beroepsgronden aangevoerd, maar de rechtbank concludeerde dat deze niet gericht waren tegen de vergunning zelf, maar tegen de uitvoering ervan. De rechtbank oordeelde dat de vergunninghouder voldoende gegevens had overgelegd en dat het college niet onzorgvuldig had gehandeld door geen nader onderzoek te verrichten naar de bouwhoogte en de gevolgen voor de zonnepanelen van eiseres. De rechtbank stelde vast dat de vergunninghouder een tijdelijke vergunning had aangevraagd, maar dat dit een verschrijving was en dat het om een permanente vergunning ging.
Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat het college ten onrechte niet had meegewogen dat er een huurovereenkomst voor zonnepanelen was, maar dat dit geen reden was om de vergunning te herroepen. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, maar bepaalde dat de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand blijven. Eiseres kreeg recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten, die door het college moesten worden betaald.