In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 11 april 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst/Toeslagen had niet tijdig beslist op dit bezwaar. Eiseres had op 20 februari 2023 bezwaar gemaakt, maar de Belastingdienst heeft pas op 21 maart 2024 een verweerschrift ingediend. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en dat verweerder alsnog een besluit moet nemen. De rechtbank bepaalt dat verweerder dit besluit uiterlijk op 13 juni 2024 moet bekendmaken. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet verweerder de proceskosten van eiseres vergoeden, die zijn vastgesteld op € 218,75. De rechtbank heeft ook het betaalde griffierecht van € 51,- aan eiseres toegewezen. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.