In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 5 juni 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst/Toeslagen had niet tijdig beslist op dit bezwaar. Eiseres had op 8 november 2023 bezwaar gemaakt, maar de Belastingdienst heeft pas op 30 april 2024 een verweerschrift ingediend. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Belastingdienst binnen twee weken na de uitspraak een nieuw besluit moet nemen. Indien de Belastingdienst deze termijn overschrijdt, moet zij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook de hoogte van de dwangsom vastgesteld op € 1.442,-, omdat de Belastingdienst al 42 dagen in gebreke was. Daarnaast is de Belastingdienst veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het griffierecht van € 51,-. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.