In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 11 juli 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst/Toeslagen had niet tijdig beslist op dit bezwaar. Eiseres had op 10 maart 2023 bezwaar gemaakt, maar de Belastingdienst heeft pas op 17 juni 2024 een verweerschrift ingediend. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Belastingdienst alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen. Indien de Belastingdienst deze termijn overschrijdt, moet zij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet de Belastingdienst de proceskosten van eiseres vergoeden, die zijn vastgesteld op € 218,75. De rechtbank heeft ook bepaald dat het betaalde griffierecht van € 51,- aan eiseres moet worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.