In deze zaak heeft eiseres, woonachtig op Curaçao, beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat zij van mening is dat verweerder niet tijdig heeft beslist op haar aanvraag van 23 januari 2023 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 1 augustus 2024 uitspraak gedaan in deze zaak. Verweerder heeft op 12 juli 2024 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder op 2 april 2024 in gebreke is gesteld. Eiseres heeft op 26 juni 2024 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep gegrond is en heeft verweerder opgedragen om alsnog een besluit te nemen binnen een bepaalde termijn. De rechtbank heeft ook bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet verweerder de proceskosten van eiseres vergoeden, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het betaalde griffierecht van € 51,- terugbetalen aan eiseres. De uitspraak is openbaar gemaakt op 1 augustus 2024.