In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 9 februari 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 1 maart 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn door de verweerder is overschreden. Eiseres had op 11 maart 2023 verweerder in gebreke gesteld en heeft pas op 14 november 2023 beroep ingesteld, meer dan twee weken na deze ingebrekestelling. De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder alsnog een besluit moet nemen en dit binnen een termijn van zes weken na de uitspraak moet doen. Tevens is bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed. De rechtbank heeft de termijnen voor het nemen van een besluit en het doen van een vooraankondiging vastgesteld in overeenstemming met eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.